woensdag 15 oktober 2008

vergankelijkheid

ik stel me mezelf voor als een babietje, in zo'n ouderwetse 'voiture' uit de jaren '60. Een bak met grote wielen onder, zelfgebrijde kleedjes met ponponnetjes. En over die wieg zullen wel allemaal hoofden komen hangen zijn. Hoofden die kirrende, zangerige en lokkende geluidjes maakten. De blonde hoofdjes van mijn nichtjes en neefjes, de grijze hoofden van de oude buurvrouw en de groottantes. In de winkel, op de straat, mensen die een kijkje namen naar dat rustige kindje met die grote karbonkels van ogen (toen nog wel ja...).

de straten zijn nog steeds bevolkt door mensen die zich over hi-tech en gesofisticeerde kinderwagens buigen. Terwijl ik door de straten rijd en kijk naar al de mensen op de stoep... dan realiseer ik het me: ondertussen is zowat de helft van de mensen die ik zie lopen jonger dan me. Ze bestonden toen gewoonweg nog niet. Van al die mensen die ooit over mijn voiture zijn komen hangen, is de helft alweer dood. Veel van die mevrouwtjes met blauwe bloemenschorten en grijze permanents onder hun regenkapje. Ze verdwenen één voor één uit het straatbeeld. Hoe komt het dan dat dat zo ongemerkt gaat? Waarom lijkt het niet alsof de man met de zeis wild uithalend over de straat loopt en je ze niet ziet vallen als vliegen? dat je niet elke dag met sterfgevallen in je onmiddellijke omgeving hebt te maken? Er zal wel een statistische verklaring voor zijn. Maar toch, ik vind het bevreemdend dat ik toen naar een wereld keek die door zoveel andere mensen bevolkt werd.

1 opmerking:

Unknown zei

Awel, ik begin mij steeds meer van die bedenkingen ook te maken...